Mijnbouwwet
Artikel 28
In een opslagvergunning wordt bepaald voor welke stoffen, voor welk gebied en voor welk tijdvak zij geldt. Daarbij wordt bepaald dat:
a
de in de ondergrond gebrachte stoffen voor een in de vergunning geregeld tijdstip teruggehaald moeten worden, of
b
de stoffen definitief in de ondergrond achtergelaten moeten worden.